Wat zijn de spelregels van padel?

Padel lijkt een beetje op tennis en squash. De padelbaan is kleiner dan een tennisbaan, 20 bij 10 meter, en heeft in plaats van muren een omheining van glas en hekwerk. De baan is in tweeën gedeeld door een net, en elke helft heeft twee servicevakken en een achterveld. Je speelt padel altijd met vier personen, wat vaak zorgt voor gezelligheid en nieuwe vriendschappen. Dit zijn de basisregels van padel!

Het speelveld

Een padelbaan is een rechthoekig veld met specifieke afmetingen: het is 20 meter lang en 10 meter breed, met een net in het midden dat het veld in tweeën deelt. Rondom het veld is er een kooi van 4 meter hoog aan de achterkant en 3 meter aan de zijkanten. Je kunt een padelbaan op twee manieren maken: met metalen roosters en gehard veiligheidsglas of met metalen roosters en betonnen muren. Je kunt padel zowel binnen als buiten spelen, maar een overdekte baan moet minstens 6 meter, liever 7 meter hoog zijn. Er zijn ook kleinere banen voor 1-tegen-1 spelletjes, die 20 meter lang en 6 meter breed zijn.

Bal en racket

Bij padel gebruik je speciale ballen en rackets. Padelballen lijken op tennisballen, maar zijn net iets anders en voelen anders aan als je speelt. Het is belangrijk om deze ballen te gebruiken om het spel goed te spelen. Padelrackets zijn meestal gemaakt van carbon en hebben verschillende eigenschappen die spelers kunnen kiezen. Er is geen standaard gewicht voor padelrackets; je kunt kiezen uit verschillende gewichten, van licht tot zwaar. De dikte van een racket ligt meestal tussen de 36mm en 38mm. Er zijn ook verschillende vormen rackets, zoals rond, druppelvormig en diamantvormig, en elke vorm heeft zijn eigen voor- en nadelen. Welk racket je kiest, hangt af van je speelniveau en wat je zelf fijn vindt.

Spelverloop

Bij padel is het de bedoeling dat je de bal over het net naar de kant van de tegenstander slaat en zorgt dat zij hem niet terug kunnen slaan. Een bijzonder kenmerk van padel is dat de bal eerst moet stuiteren op de grond voordat hij een wand mag raken. Spelers mogen de bal direct voleren na de stuiter of nadat hij tegen de wand is gebotst. Je mag ook de wand (maar niet de metalen structuur) gebruiken om de bal terug te spelen naar de andere kant. Dit zorgt voor spannende en onverwachte rally’s tijdens het spel.

Opslag

Bij padel is de opslag heel belangrijk. Je moet de bal altijd onderhands slaan nadat hij een keer achter de servicelijn gestuiterd is. Een paar belangrijke regels voor de opslag zijn dat je de bal op of onder je middel of navel moet raken en dat je de bal altijd diagonaal moet spelen. De serveerder moet met één voet op de grond blijven en mag niet over de servicelijn stappen. De bal moet rechtstreeks in het servicevak van de tegenstander vallen voor een geldige opslag. Je kunt ook een ‘drop-opslag’ doen, waarbij de bal twee keer stuit voordat hij in het servicevak komt. Je krijgt twee kansen voor een succesvolle opslag. Als de bal het net raakt en in het servicevak valt zonder de metalen structuur te raken voor de tweede stuiter, wordt de opslag overgedaan.

Puntentelling

Padel gebruikt dezelfde manier van punten tellen als tennis, met scores van 15, 30, 40 en een game. Bij 40-40 (deuce) moet een team twee punten achter elkaar winnen om de game te pakken. Meestal speel je padel in een ‘best-of-three’ format, waarbij een set gewonnen wordt door het team dat het eerst zes games wint met minstens twee games verschil. Als het 6-6 staat, speel je een tie-break. Er is ook een ander format waarbij je een set wint bij 9-9, met een tie-break bij 8-8. Als er een derde set nodig is, wordt deze gespeeld als een supertiebreak of wedstrijdtiebreak tot 10 punten, waarbij je minimaal 2 punten verschil moet hebben.